Gemeente ziet weinig problemen in het toenemend aantal thuiskappers

In Ermelo struikel je bijna over de kappersbedrijven. Ons dorp kent er 43, waarvan er 13 ook een vestiging hebben. De rest heeft vaak een zaakje aan huis. 

Deze thuiskappers zijn de brancheorganisatie van de kapperszaken een doorn in het oog en daarom willen ze dat de gemeente hier iets aan doet. Het college ziet in ieder geval weinig problemen.

Sinds de eeuwwisseling zijn de kappersregels versoepelt en dat zorgde ervoor dat steeds meer kappers een zaakje aan huis begonnen. ANKO, de brancheorganisatie van de kappers, maakt zich daar zorgen over. Ze vinden het oneerlijk geworden, want kapperszaken die ergens in een woonwijk verstopt zitten, worden veel minder vaak gecontroleerd op de regels. Ze hebben veel minder kosten, en kunnen daardoor een lagere prijs vragen. Daar kunnen grote kapperszaken, die hun personeel moeten betalen, niet tegenop.
 
Volgens de branche geeft deze ontwikkelingen ook problemen voor nieuwe kappers. Voor mbo studenten zijn er steeds minder stageplekken, want zzp’ers zijn in veel gevallen niet gekwalificeerd en hebben bovendien geen behoefte aan extra personeel.
 
Het onderwerp werd woensdagavond in de commissievergadering behandeld, maar het werd al snel duidelijk dat de meeste raadsleden en wethouder Leo van der Velden weinig voelen voor een beleidsverandering. Een beetje marktwerking kan volgens hen helemaal geen kwaad, zo vindt ook Jiska Wijnen van Burgerbelangen Ermelo: ,,Wij zijn voor een goed ondernemersklimaat, maar het is de vraag of je dit kunt verbeteren door alleen de kappersbranche te beschermen. Er zijn ook bakkers en slagers die graag beschermd willen worden.’’
 
De ChristenUnie maakt zich meer zorgen om de ontwikkelingen. Stefan Fiddelaar, fractievertegenwoordiger van de ChristenUnie, vraagt zich af of het huidige beleid levensvatbaar is: ,, Niet alleen over de vicieuze cirkel die ontstaat door sluitende kapperszakken en het groeiende aantal thuiskappers. Maar ook om het verdwijnen van goede stageplekken in het MBO.’’ Toch denkt hij dat de gemeente op zou moeten passen met het nemen van maatregelen: ,,Want wat betekent dit voor de kappers aan huis: Kunnen die dan zomaar bij een salon aan de slag, kunnen ze zomaar een salon openen, of raken ze dan gewoon hun baan kwijt? ‘’
 
Wethouder van der Velden vind het probleem niet groot genoeg om maatregelen te nemen. Hij vindt dat alle winkels in ermelo met deze trend te maken hebben, en dat het zinloos is om hier alleen voor de kappers wat tegen te doen: ,,Stel dat alle brancheverenigingen zo veel zouden inspreken, dan hadden wij het nog druk gehad.’’ Volgens van der Velde zijn de problemen niet zo groot als de ANKO ze schetst: ,,Angst is een slechte raadgever en tot op heden hebben wij gewoon nog tien kappersstraten in de winkelstraat zitten. Misschien gaan we nog over dat aantal heen.’’ Aan het argument dat kappers voor een levendige winkelstraat zouden zorgen heeft Van der Velden geen boodschap: ,,Ik wil ook een levendig centrum, maar dat hoef je niet te creëren met dertig kapperszaken. Ik denk juist dat ons straatbeeld niet gedomineerd zou moeten door kappers.’’
 
Het lijkt er dus niet op dat de gemeente hier actie in gaat ondernemen: ,,Ik zou er niet aan moeten denken om hier arbitrair in te zijn. Wij zijn hier soepel in, volgens mij hoort dat bij 2018.’’